De titel verwijst naar de oudste (indianen) naam van de canadese stad Québec. in deze rapsodie worden de vier seizoenen verklankt, in combinatie met de natuur die Québec en de omgeving kenmerkt. In de herfst spelen jachthoorns in het woud signalen, waarna zich een pastorale melodie ontwikkelt. Dan volgt een lyrisch deel: winter in de bergen. Terwijl het buiten vriest, is het warm en gezellig. Een dartel thema verklankt de lente. De energie die de lente heeft opgewekt, komt in de zomer tot wasdom: het orkest gaat voluit, zodat het werk stralend besluit.