In een vooraanstaand muzieklexicon wordt een rapsodie beschreven als een "Folkloristisch vertellend muziekstuk". Kees Vlak gaat in zijn „Kilkenny Rhapsody“ zelfs nog een stap verder, want hij stelt zich ten doel ook het karakter van land en volk uit te beelden en bepaalde geografische bezonderheden muzikaal zichtbaar te maken.
Ierland is voor een rapsodische opzet een ideale schatkamer, want naast romantische melodieen als „the Foggy Day" of „the Gentle Maiden" presenteren zich geliefde dansen als jig, reel of hornpipe, dikwijls verklankt door fluit en kleine trommel. Uit de dichte nevel komt vaag het „groene eiland" te voorschijn - zo begint de rapsodie - en zo beeldt de komponist een weerfenomeen uit, veroorzaakt door de warme golfstroom waaraan Ierland zijn milde klimaat ontleent. Aansluitend is het een afwisseling van liederen en dansen van onmiskenbaar Keltisch koloriet, die uiteindelijk tot een effektvol hoogtepunt leiden. De mist treedt weer in. Men hoort nog de laatste dansklanken naklinken. Besloten wordt de rapsodie met een melancholisch lied zoals dat in de vele pubs gezongen wordt.